Politieke partijen en fracties zijn geen Awb-belanghebbenden bij gaswinningsbesluit

Enkele maanden geleden verscheen de inmiddels bekend geworden gaswinningsuitspraak. Een uitspraak die om meerdere redenen belangrijk en interessant is. Afgezien van het ingrijpende onderwerp, oordeelt de voorzieningenrechter ook dat politieke fracties geen belanghebbenden kunnen zijn zoals bedoeld in de Awb. Op dat oordeel gaan wij in dit blogbericht verder in.

Inleiding

Enkele partijen, waaronder de stichting “Stichting Vrienden van Groningen Centraal!” en drie fracties van de Provinciale Staten van Groningen, hebben om een voorlopige voorziening verzocht. De voorzieningenrechter oordeelt dat het volume van de totale Groningse gaswinning vooralsnog ongewijzigd blijft en dat gaswinning uit het Groningenveld en uit de clusters in Eemskanaal mag worden voortgezet. In en rond Loppersum mag voorlopig alleen gas worden gewonnen indien op andere locaties de daarvoor geldende productieplafonds nagenoeg zijn bereikt en dat vanuit een oogpunt van leveringszekerheid noodzakelijk is.

Het is voor de betrokkenen een erg ingrijpende aangelegenheid en de uitspraak is veelvuldig in de media besproken. In dit bericht gaan wij slechts in op de belanghebbendheid van de drie Statenfracties die om een voorlopige voorziening hebben verzocht. Voor een inhoudelijke bespreking van de uitspraak verwijzen wij onder meer naar het blogbericht van Jan van Oosten.

Politieke partijen of fracties zijn geen Awb-belanghebbenden

De voorzieningenrechter oordeelt dat de fracties niet als belanghebbenden kunnen worden aangemerkt, waardoor hun verzoek om voorlopige voorziening wordt afgewezen. De voorzieningenrechter overweegt dat niet valt in te zien waarom de fracties niet op een lijn kunnen worden gesteld met politieke partijen.

De Afdeling oordeelt op 5 december 2007 al dat een politieke partij geen belanghebbende kan zijn, aangezien zij het belang waarvoor zij opkomen niet in het bijzonder behartigen. Omdat wat activiteiten betreft geen onderscheid kan worden gemaakt tussen politieke partijen en fracties, geldt het voorgaande ook voor fracties. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat hij verwacht dat de Afdeling het beroep van de fracties in het bodemgeschil niet-ontvankelijk zal verklaren wegens gebrek aan belanghebbendheid.

Kan een politieke partij of fractie dan nooit belanghebbend zijn?

Een enkele keer blijkt uit de jurisprudentie dat een politieke partij toch als belanghebbende wordt aangemerkt. In deze gevallen moet niet te snel worden geconcludeerd dat dit afwijkingen zijn van de jurisprudentielijn. Bezien moet worden of in die gevallen beroep voor een ieder openstond; zo gold tot 1 juli 2005 in het milieurecht de actio popularis. Een ander voorbeeld dat een politieke partij toch belanghebbende kan zijn, betreft de situatie waarin een politieke partij of fractie voor een eigen belang (dus artikel 1:2 lid 1 Awb) opkomt en niet zozeer voor het politieke ideaal dat centraal staat (dus artikel 1:2 lid 3 Awb). Een enigszins verouderd voorbeeld uit de jurisprudentie is de naamregistratieprocedure die een politieke partij heeft gevoerd tegen het centraal stembureau in het kader van de Amsterdamse gemeenteraadsverkiezingen.

Meer weten?

Als u meer wilt weten over de belanghebbendheid van politieke partijen en fracties, verwijzen wij u naar de noot die recent is verschenen in de JG (Jurisprudentie voor Gemeenten). In deze noot staan wij uitvoeriger stil bij dit onderwerp en gaan wij dieper in op de geschiedenis daarvan.

Het bericht ‘Politieke partijen en fracties zijn geen Awb-belanghebbenden bij gaswinningsbesluit‘ is een bericht van Stibbeblog.nl.


Tom Barkhuysen
Alle posts van Tom Barkhuysen

Pieter Swagemakers
Alle posts van Pieter Swagemakers
Share on LinkedInShare on FacebookTweet about this on TwitterEmail this to someone